<    

Energie van de Engelse taal en van leerlingen

Sjanie Bremer - Docent Engels - Kollum

Soms kan één telefoontje erg bepalend zijn voor een carrière. Zo’n belletje kreeg Sjanie Bremer begin 2015. Of ze een paar uurtjes ‘wilde doen’ op het Lauwers College in Kollum, was de vraag. Vijf jaar later voelt de docent Engels zich op de campus als een vis in het water. ,,Ik ben hier écht op m’n plek. Wanneer ze niet hadden gebeld, was ik gestopt met de opleiding en iets heel anders gaan doen.”

De energie die ze door de leerlingen krijgt, de band met de kinderen en de liefde voor de Engelse taal. Het is een greep uit de aspecten die Bremer dag-in-dag-uit met veel plezier voor de klas doen staan. De kiem voor het docentschap werd een kleine twee decennia geleden gelegd door een ‘enthousiaste leraar’ van de middelbare school die vandaag-de-dag een collega is. ,,In de eerste klas van het Lauwers College in Buitenpost werd ik gegrepen door mevrouw Leenstra. Zij gaf toen ook Engels. De manier waarop zij dat deed, vond ik ge-wel-dig. Ik dacht: dat wil ik ook gaan doen.”

Een jaar later was er helemaal niets meer over van die ambitie om het onderwijs in te gaan. ,,Dat is eigenlijk heel gek. Pas toen ik 21 was, kwam het idee weer om docent te worden.” Voordat ze uiteindelijk de lerarenopleiding aan de NHL in Leeuwarden oppakte en met succes afrondde, volgde ze allerlei studies. Dat begon na het behalen van het vwo-diploma op de universiteit in Groningen. ,,Daar deed ik American Studies. Amerika is een fascinatie van mij. Ik ben er een paar keer geweest en het trekt mij altijd weer.”

Hoewel ze American Studies ‘verschrikkelijk interessant’ vond, zette Bremer er toch vroegtijdig een punt achter. ,,Ik kon het gewoon niet trekken. En het was ook te breed; je kon er alle kanten mee op.” Een multimedia-opleiding bleek het vervolgens ook niet te zijn, waarop de grote plas werd overgestoken om inspiratie op te doen in haar favoriete land. Diverse opties passeerden de revue. Het docentschap Engels kwam ook naar boven borrelen en… werd opgepakt.

Op de NHL, waar ze haar diploma na een hele strijd behaalde, gingen de eerste drie jaar van een leien dakje. Een ‘hele erge rotstage’ deed haar daarna ernstig twijfelen. ,,Ik was het ook helemaal kwijt. Wil ik dit nog wel, zo vroeg ik mij af.” Het telefoontje van Jaap Holvast vanuit Kollum, waar ze twee jaar eerder stage had gelopen, bood uitkomst. ,,Ik kon hier wat uurtjes gaan doen. Dat is m’n redding geweest. Toen kwam de liefde voor het vak terug en voor het vmbo. Ik heb hier echt leren houden van de vmbo-leerlingen. De kinderen zijn zó oprecht en puur. In m’n hart ben ik misschien wel een vmbo’er...”

In het doen en laten van de leerlingen zegt Bremer zich ‘heel erg’ te herkennen.

Ook de humor die ze hebben, vind ik prachtig. Ik dacht altijd dat ik iemand was van de kennisoverdracht en diepgang. Lesgeven komt vaak - gek genoeg - op de tweede plek. Kennis overbrengen is soms minder belangrijk dan andere zaken bespreken. Er speelt elke dag wel wat. Dat zit die kinderen zó hoog en als je daar geen ruimte voor geeft om het even te ventileren, dan kun je in de les niets bereiken. Je móet er gewoon echt tijd aan besteden als er iets speelt.

Dat de leerlingen niet altijd het belang van Engels op waarde schatten, neemt ze - zij het tandenknarsend - voor lief. ,,Dat is best wel lastig voor m’n vak. ‘Ik word timmerman of lasser. De Engelse taal heb ik niet nodig’ hoor ik dan. Ze onderschatten het wel eens. Ook bij de vervolgopleidingen krijgen ze echt wel talen. Maar ze zien het zichzelf niet gebruiken, terwijl het van groot belang is om in deze 21ste eeuw dé wereldtaal te beheersen. Je hebt er heel veel voordeel van.”

Zelf is Bremer helemaal verknocht aan het Engels. ,,Dat is op jonge leeftijd begonnen. Ik pakte de taal heel snel op en was écht geobsedeerd door series en films. Ook heb ik familie in Amerika die regelmatig op bezoek kwam. Met m’n nichtje moest ik dan - uiteraard - in het Engels communiceren. Dat ging mij goed af; ik had wel aanleg voor de taal.”

Naast de boost die ze van de taal en de leerlingen krijgt, zorgen ook de collega’s en de vaksectie voor volop energie. ,,Ik heb heel veel geleerd van collega Christien Dijkstra en leer nog steeds veel van haar. Door haar ben ik ook zo gegroeid in het vak. Dat maakt ook het werken wel heel erg prettig.”

Mexico is chill. Ik wil daar van alles zien

Door haar fulltime baan heeft Sjanie Bremer door-de-week relatief weinig tijd en/of energie om allerhande activiteiten op te pakken. ,,Dan ben ik soms gewoon op en leeg.” Op momenten dat het wel kan, behoort afspreken met vriendinnen voor een gezellig samenzijn tot één van de meest favoriete bezigheden. ,,Dat is altijd superleuk. Maar ik kan net zo goed thuis op de bank zitten en met m’n vriend een mooie film kijken. Wat dat betreft heb ik twee verschillende personen in mij. Ik hou ervan om er tussenuit te gaan, maar even niks doen is ook prima.”

Reizen zijn eveneens aan haar besteed. Sowieso vindt ze het maken van een tripje heerlijk om te doen. ,,Als ik alleen al even naar Bakkeveen ga, geniet ik. Ik wil er soms gewoon even uit en hou dan ook van foto’s maken, alhoewel ik geen camera heb. Ik ben altijd met m’n telefoon bezig.”

Een mooi en zonnig avontuur staat er - hopelijk - over enkele maanden op het programma. In augustus stappen Sjanie Bremer en haar vriend Lammert Oldenburger in het huwelijksbootje. Afhankelijk van de corona-omstandigheden wordt gekeken welke bestemmingen in de wittebroodsweken nog tot de mogelijkheden behoren.

De geplande honeymoontrip is door de coronacrisis op losse schroeven komen te staan. Deze zou in de herfst richting - uiteraard - Amerika en naar Mexico gaan.

Daar heb ik zo’n zin in. Mexico is chill. Ik ben niet iemand die naar een resort gaat. Ik wil dingen beleven en ervaren. Je gaat niet naar Mexico toe om er vijf dagen lang op het strand te liggen. Ik wil daar van alles zien, snorkelen en naar de Inca’s

Mocht er definitief een streep door deze reis gaan, dan wordt het afstel en geen uitstel. ,,Hij blijft op de bucketlist.”

De huwelijksplechtigheid zelf vindt plaats op Ameland. Door de corona-omstandigheden komen er alleen daggasten naar het Waddeneiland en is er - helaas - geen feest. Bremer is regelmatig te vinden op Ameland. ,,Het is zo fijn om lekker op het strand te lopen en daarna een borreltje te drinken. Ik heb de afgelopen twaalf jaar zoveel opgebouwd op Ameland. Het is net als thuiskomen.”

Voor wat de muziek betreft, heeft Bremer een brede smaak. ,,Ik mag graag naar een concertje gaan. Maar ik kies echt wel een band of artiest uit waarvan ik weet dat het leuke muziek is.” Onlangs was ze bij een optreden van Marc Broussard. ,,Dat is een beetje jazzy- en countryachtig. Eind vorig jaar zijn we met een stel vriendinnen naar Pink geweest. Daar teer ik echt een maand op, whoehoe…”

Met dweilorkesten op Ameland swingt ze eveneens mee, net zoals ze in voor een Q-Music Party. ,,Ik ben overal wel voor te porren, behalve voor Nederlandstalige muziek. Daar hoef je mij niet bij neer te zetten. Dat trekt mij niet. Bepaalde nummers van Marco Borsato vind ik fantastisch, maar ik ga niet naar z’n concerten. Ze hebben me heel vaak meegevraagd, maar dat doe ik niet. Dan ga ik me alleen maar mateloos irriteren.”

Wat ze in haar vrije tijd ook doet, met wie ze ook op stap is en waar ze ook vertoeft; lekker eten hoort er voor Sjanie Bremer zeker bij als ze op relaxtoer is. ,,Ik ben een liefhebber van lekker eten. Vooral sushi vind ik heel fijn. Nee, ik bereid het niet zelf. Ik ben niet zo’n chef-kokki. Dat is wel ’n ding. We gaan trouwen en daarna op reis. Vervolgens is onze keuken aan de beurt. Als we een fantastische keuken hebben en ik misschien ietsjes minder werk, kan ik er meer tijd aan kunnen besteden. Ik maak nu altijd van die simpele dingen. Ik zou best wel een goeie kok willen zijn.”